De Godin der Dwaasheid is back op aarde om haar eigen loftrompet te steken. Exact precies ongeveer vijfhonderddertien jaar en zeven of acht minuten nadat Erasmus haar liet verschijnen. Samen met haar posse deelt ze onzinnige waarheden en waarachtige onzin. Want het is hoog tijd voor wat satirische billenkoek. En gelukkig wordt ironie steeds beter begrepen...
Losjes gebaseerd op Erasmus' lofzang uit 1511, maakt de Veenfabriek met ‘Lof der Zotheid’ een muzikale ode om de dwaasheid in onszelf en de ander te vieren. Erasmus dreef de spot met burgers, kooplieden, geestelijken en alle andere rangen en standen van zijn tijd. De Veenfabriek maakt zich vrolijk over groepjes zelfbenoemde gelijkhebbers in de onze. Want hypocrisie en zelfbedrog zijn tijdloos. En ook nu nemen we onszelf te serieus en vergeten we te lachen om de absurditeit van het leven.
Met een installatie van veertig radio’s plukken de muzikanten van Veenfabriek de ether leeg. Ze mixen flarden van 16e-eeuwse baldadige liederen met radiofragmenten en ruis tot een strakke compositie met percussie, trombone, altviool, gitaar en zang. De Godin der Dwaasheid en haar gevolg rukken de vastgeroeste kaders los, flippen middelvingers naar geheven vingertjes en bijten betweters de tong af. Er is soms zoveel meer zin in onzin te vinden.
Losjes gebaseerd op Erasmus' lofzang uit 1511, maakt de Veenfabriek met ‘Lof der Zotheid’ een muzikale ode om de dwaasheid in onszelf en de ander te vieren
Met Lof der Zotheid slaat de Veenfabriek een nieuwe weg in. De komende jaren laat het gezelschap zich inspireren door ‘de dwaas’: een figuur die onbevangen naar de wereld kijkt. Door overal vragen over te stellen en niets voor lief te nemen, maakt het gezelschap ruimte voor humor en absurditeit als bronnen van inzicht. Wat vaststaat, wordt vloeibaar; wat vanzelfsprekend lijkt, krijgt een nieuwe betekenis. Deze nieuwsgierige houding drijft de Veenfabriek om zichzelf en het publiek steeds opnieuw uit te dagen.