De paling is een bijzondere vis. Als transparante glasalen drijven ze mee met de wereldstromen en spreiden zo uit over de hele wereld. Wanneer ze na jaren vertoeven in zoet of brak water geslachtsrijp zijn, beginnen palingen aan de terugtocht naar de paaiplaatsen in de Sargassozee om daar zich voort te planten en te sterven.
In de multimediale voorstelling Palindrome volgt het publiek de verbijsterende heldentocht van een op het eerste zicht onopmerkelijke vis: de paling. Zijn levenscyclus is gehuld in raadselen. Hoe kan het dat deze kleine onooglijke beesten uitzwermen over de hele aardbol, om die tocht van vaak tienduizenden kilometers weer te beëindigen op hun aanvankelijke geboorteplek, de mysterieuze Sargassozee?
De levensloop van de kleine paling staat als grote metafoor voor een haast onbenoembare en organische verbintenis tussen alles en iedereen wereldwijd; onzichtbaar en weggedoken onder het wateroppervlak, maar alomtegenwoordig.
Deze tijd is een onophoudelijke vloed van korte ‘kicks’: vijftien-minuten-roem, non-stop-shopping, carrièrebeurzen, transfervlucht op transfervlucht… Groter kan het contrast met de paling niet zijn. Zijn lange reis en zijn lange wachten staan in het teken van slechts één doel: voortplanting. De voorstelling Palindrome laat zich daarom ervaren als een hedendaagse mythe die ons drukke bestaan relativeert. Palindromemeandert en mijmert over het grotere geheel.
Palindrome had zijn première in 2007 op het Underground Festival, in een brugkelder onder het wateroppervlak van het Amsterdamse IJ. Het publiek werd letterlijk ondergedompeld in een wereld onder de echte wereld. Het geruis van auto’s en trams die over de hoofden van het publiek heen denderden, galmde door de hele zaal. Muzikaal sprong de formatie Touki Delphine (Bo Koek, Rik Elstgeest, John van Oostrum) hierop in door het omgevingsgeluid in te bedden in een sfeer van slagwerk en slide guitar.
Muzikaal werden zij aangevuld door Lei Luo, die op guzheng (een Chinese citer) een klankwereld van watersymboliek opriep. Zingende actrices Loes Haverkort en Elsa May Averill zwerfden als mythologische figuren over de scene. Visueel werden de toeschouwers meegevoerd in een modern sprookje, verbeeld door live-tekenaar Yvo Sprei en vormgever Theun Mosk.